Antwerpen —  IstanboelDAG 6

— door Ward Hulselmans

— Dinsdag 26 november 2019

De Alessia vaart nu onder de kust van Andaloesië richting Gibraltar. Kleine Portugese vissersbootjes koersen in de verte kriskras door mekaar, het zijn er tientallen, soms niet meer dan sloepen. En ineens zijn ze weer weg, verdwenen in de ochtendmist. We laten de Atlantische Oceaan nu achter ons; recht voor ligt de Middellandse Zee, achter de Straat van Gibraltar die Europa van Afrika scheidt. Het doet me iets als in het zuiden de uitlopers van het Rif- gebergte zichtbaar worden.

"Afrika! Mijn reis krijgt er een dimensie bij."

De Alessia mindert snelheid, links en rechts zoeken andere schepen hun weg in en uit de zee–engte en op de brug is er druk radioverkeer.In de nevel tekent zich vaagweg de Marokkaanse stad Tanger af, daarachter blijven de bergen van het Rif urenlang zichtbaar. In Marokko hoorde ik 40 jaar geleden voor het eerst tot de “Jihad” oproepen. Nu kent iedereen het woord, maar toen moest iemand me uitleggen dat het de “heilige Islamitische oorlog” betekende. Na het zoveelste incident rond Jeruzalem riep de Marokkaanse koning Hassan II de Arabische staten bijeen en ik was erbij toen de koningen, de sjeiks en de presidenten in hun witte gewaden recht sprongen en “Jihad! Jihad! Jihad!” begonnen schreeuwen. Hun vuisten gingen de lucht in. Heilige Oorlog ! Dood aan Israël ! Oorlog, oorlog ! Het was bloeddorstig, angstaanjagend en als ik eraan terugdenk krijg ik nog kippenvel van zoveel haat. Tot de algemene Jihad is het nooit gekomen, daarvoor was de onderlinge verdeeldheid gelukkig te groot. Jaren later volgde ik in de Sahara het Marokkaanse leger in haar woestijnoorlog tegen het Polisariofront. Toen zag ik het krankzinnigste bouwwerk in mijn carrière: een stenen muur van vier meter hoog, 900 kilometer door de woestijn...om de vijand tegen te houden. Ik dacht er weer aan toen Donald Trump over zijn eigen muur begon. Allemaal moeite voor niks.

"Het is niet zo druk in de Straat van Gibraltar als ik verwachtte en hoopte."

Na Ceuta verdwijnt de Afrikaanse kust uit zicht en is alleen de punt van Spanje nog zichtbaar. De Rots van Gibraltar laat zich niet zien en als het toch zover is, valt het eerlijk gezegd wat tegen. Hij ligt geïsoleerd, een eind voorbij de Straat zelf, alsof hij er eigenlijk niet bij hoort. We passeren hem op vele mijlen afstand, er hangt mist rond en als de lucht is opgeklaard kijk ik vanop de brug door de verrekijker. De beroemde Rots ziet er een beetje uit als een alpinopet die uit het water oprijst. Een paar minuten later is de sensatie waar ik zo lang op gewacht heb al voorbij.

"Het wordt kouder."

De duty officer meldt zich langs de intercom: “Attention to all crew and passanger...” Bij elke interne mededeling word ik vanaf ons vertrek vermeld, het geeft het prettige gevoel erbij te horen. Vanavond – zo luidt het bericht – wordt de klok weer een uur teruggedraaid. Ik denk dat ik maar eens vroeg in bed kruip met mijn boek.

***

— DAG 525 november 2019

vorige dag

— DAG 727 november 2019

volgende dag